• apen·ge·zicht
enkelvoud meervoud
naamwoord apengezicht apengezichten
verkleinwoord

het apengezichto

  1. (figuurlijk) iets dat er heel lelijk uitziet
     Klanten vinden dit niet fijn. Het is een apengezicht, maar ik heb geen zin in nog meer diefstal.[2]
  2. het gelaat van een aap


  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron “'Ik word hier witheet van'” (Dinsdag 23 juni 2015, 11:34), NOS