antichambre
- Geluid: antichambre (hulp, bestand)
- an·ti·cham·bre
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘wachtkamer’ voor het eerst aangetroffen in 1650 [1]
- afgeleid van chambre met het voorvoegsel anti- [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | antichambre | antichambres |
verkleinwoord | - | - |
- wachtkamer bij een hooggeplaatst persoon
- Het woord antichambre staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ "antichambre" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ antichambre op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).