antal
antal
- aantal; een onbepaalde maar telbare hoeveelheid
antal
- verouderde spelling of vorm van antall
- (onbepaalde onzijdige vorm nominatief enkelvoud)
antal
- aantal; een onbepaalde maar telbare hoeveelheid
antal
- aantal; een onbepaalde maar telbare hoeveelheid
- an·tal
Naar frequentie | 3445 |
---|
enkelvoud | meervoud | |||
---|---|---|---|---|
onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | |
nominatief | antal | antalet | antal | antalen |
genitief | antals | antalets | antals | antalens |
antal, o
- [1]: antalsberäkning
antal
- nominatief onbepaald onzijdig meervoud van antal