anamnestisch

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  anamnestisch    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• anam·nes·tisch

Woordherkomst en -opbouw

• afgeleid van anamnese met het achtervoegsel -isch

	stellend	vergrotend	overtreffend
onverbogen	anamnestisch	anamnestischer
verbogen	anamnestische	anamnestischere
partitief	anamnestisch	anamnestischers	-

Bijvoeglijk naamwoord

anamnestisch

1. met betrekking tot de anamnese

Gangbaarheid

• Het woord anamnestisch staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.