amor
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- amor
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | amor | amors |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de amor m
- afbeelding van de Romeinse god Amor
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord amor staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "amor" herkend door:
76 % | van de Nederlanders; |
66 % | van de Vlamingen.[3] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ amor op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Latijn
Zelfstandig naamwoord
amor m
Portugees
enkelvoud | meervoud |
---|---|
amor | amores |
Zelfstandig naamwoord
amor m
Spaans
enkelvoud | meervoud |
---|---|
amor | amores |
Zelfstandig naamwoord
amor m