ambtenarenvakbond
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- amb·te·na·ren·vak·bond
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | ambtenarenvakbond | ambtenarenvakbonden |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de ambtenarenvakbond m
- (economie) vakbond voor personen die in dienst zijn van de overheid
- ▸ Minister Donner van Binnenlandse Zaken ziet niets in de looneis van twee procent voor ambtenaren. De ambtenarenvakbond Abvakabo FNV eist die verhoging en weigert akkoord te gaan met gedwongen ontslagen.[1]
- ▸ De linkse ambtenarenvakbond Kesk, die zo'n 240.000 leden heeft, noemt het harde politieoptreden van de afgelopen dagen "terreur van de staat". "Het geweld dat de regering tegen vreedzame protesten gebruikt, gaat door op een manier die levens van burgers op het spel zet", zegt de bond in een verklaring, maar het is onduidelijk hoeveel ambtenaren meestaken.[2]
Gangbaarheid
- Het woord ambtenarenvakbond staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Donner ziet niets in looneis ambtenaren” (Vrijdag 5 november 2010, 16:52), NOS
- ↑ Weblink bron “Turkse demonstranten houden vol” (Dinsdag 4 juni 2013, 13:03), NOS