• all·round·ti·tel
enkelvoud meervoud
naamwoord allroundtitel allroundtitels
verkleinwoord

de allroundtitelm

  1. (sport) een eerbewijs voor een schaatser die tijdens een kampioenschap op de lange baan gemiddeld over de lange en korte afstanden de snelste was
     Kramer pakte in 2005 zijn eerste Nederlandse allroundtitel. Later was hij nog de beste in 2007, 2008, 2009, 2013 en 2015. Wüst won in 2007, 2008, 2009 en 2015.[1]
     Nauta verovert Nederlandse allroundtitel in 2014[2]


  1.   Weblink bron “Boegbeelden niet op NK allround: Wüst heeft blaasontsteking, Kramer niet fit” (20/11/2020), NOS
  2.   Weblink bron “Nauta (28) stopt op langebaan, maar blijft wel marathons schaatsen” (22-08-2019), NOS