• af·val·schip
enkelvoud meervoud
naamwoord afvalschip afvalschepen
verkleinwoord - -

het afvalschipo

  1. (scheepvaart) vaartuig gebruikt voor het vervoer van onbruikbare resten uit de industrie of vuilnis van huishoudens
     Het Openbaar Ministerie eist een boete van twee miljoen euro tegen oliebedrijf Trafigura in het hoger beroep in de zaak rond het afvalschip Probo Koala. Dat meldt Novum. Het door het olieconcern gehuurde schip Probo Koala bracht enkele jaren geleden 500 ton vervuild afval via Amsterdam naar Ivoorkust, waar het spul werd overgedragen aan een lokale afvalverwerker, APS.[1]
     Het afvalschip Falco, dat zondagmorgen op de Westerschelde bij Terneuzen aan de grond was gelopen, heeft om weer vlot te komen ruim 300 ton giftige afvalstof in het water geloosd.[2]
  1.   Weblink bron
    Marije Willems
    “Eis OM: boete van twee miljoen tegen Trafigura” (17 november 2011) op nrc.nl  
  2.   Weblink bron Vastgelopen schip loosde vergif met toestemming in: De Volkskrant  , jrg. 48 nr. 13743 (24 december 1969), NV De Volkskrant, 's-Hertogenbosch, p. 7 kol. 5