Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • af·spon·zen
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

afsponzen

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
afsponzen
sponsde af
afgesponsd
zwak -d volledig
  1. koelen, bevochtigen of schoonmaken met een vochtige spons
    • Dompelen van de pot vinden ook veel planten prettig. Wie daar aardigheid in heeft, ziet misschien ook niet op tegen bladeren afsponzen met lauwwarm water, 's winters verplaatsen naar een koude kamer enzovoorts, maar dan betreden we de sferen van de echte plantenverzorging. [1] 
    • Koelen of afsponzen met lauw water werkt niet om de temperatuur te verlagen. Het vergroot het ongemak bij kinderen juist. [2] 
Vertalingen

Gangbaarheid

84 % van de Nederlanders;
73 % van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

  1. NRC Rob Biersma 12 februari 2000 Ik kan...planten in leven houden
  2. NRC Kim Bos 28 juni 2017 Verpleegkundige handelt vaak onnodig
  3.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be