afdrukbaar

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  afdrukbaar    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• af·druk·baar

Woordherkomst en -opbouw

• Naamwoord van handeling van afdrukken met het achtervoegsel -baar

	stellend	vergrotend	overtreffend
onverbogen	afdrukbaar	afdrukbaarder	afdrukbaarst
verbogen	afdrukbare	afdrukbaardere	afdrukbaarste
partitief	afdrukbaars	afdrukbaarders	-

Bijvoeglijk naamwoord

afdrukbaar

1. van een computerbestand dat je het kunt printen

   • Als je van je word bestand eerst een PDF maakt, is het voor iedereen afdrukbaar. 

Gangbaarheid

• Het woord 'afdrukbaar' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.