academiejaar
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- aca·de·mie·jaar
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | academiejaar | academiejaren |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het academiejaar o
- (onderwijs) (tijdrekening) periode van 365 dagen beginnend met de feestelijke opening van het academiejaar; studiejaar aan hogeschool of universiteit
Hyperoniemen
Gangbaarheid
- Het woord academiejaar staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron “Geen Erasmus meer voor Zwitsers” (26-02-2014), NOS
- ↑ Weblink bron Joris van Poppel“Walen willen hun Nederlands opkrikken met speciale leerstoel” (30-11-2016), NOS