Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • aas·tor
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord aastor aastorren
verkleinwoord aastorretje aastorretjes

Zelfstandig naamwoord

aastor

  1. kever die eieren in dode lichamen legt
Synoniemen

Gangbaarheid

38 % van de Nederlanders;
34 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1.   Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be