Nederlands

 
aandrijfwiel
Uitspraak
Woordafbreking
  • aan·drijf·wiel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord aandrijfwiel aandrijfwielen
verkleinwoord aandrijfwieltje aandrijfwieltjes

Zelfstandig naamwoord

het aandrijfwielo

  1. (techniek) wiel dat een toestel in beweging brengt
     "Het is opmerkelijk hoe snel het verval plaatsvindt", zegt Schreuder. "Het begon met schorsingen en blessures, maar dat was slechts een aandrijfwiel. Dat een jonge speler als Donyell Malen ontbreekt, kan niet de enige oorzaak zijn."[1]
     De vinder, Wesley Klonen, vertelt aan 1Limburg dat hij de mijn met een metaaldetector in een bos bij Schinnen gevonden heeft en eerst dacht dat het om een aandrijfwiel van een voertuig ging. Eenmaal thuis zag hij dat er ’iets anders op stond’, waarop hij het roestige apparaat in een handdoek wikkelde en in een plastic tas op zijn scooter meenam naar het politiebureau. Daar werd hem verteld dat het om een Amerikaanse antitankmijn ging.[2]
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1.   Weblink bron “PSV moet op zoek naar vertrouwen: 'Niets is meer vanzelfsprekend'” (09-11-2019), NOS
  2.   Weblink bron “Wesley bracht explosief op scooter naar politiebureau, vermoedelijk antitankmijn” (14 mei 2020), De Telegraaf