aalstal
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- aal·stal
Woordherkomst en -opbouw
samenstelling van aal zn en stal zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | aalstal | aalstallen |
verkleinwoord | aalstalletje | aalstalletjes |
Zelfstandig naamwoord
- (visserij) afsluiting in water om aal te vangen
- De aalstal zat vol met vette alen.
Gangbaarheid
- Het woord 'aalstal' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "aalstal" herkend door:
14 % | van de Nederlanders; |
29 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be