Nederlands

demoniem
inwoner Urker
vrouwelijke inwoner Urkse
bijvoeglijk Urks
Urker
Uitspraak
Woordafbreking
  • Urk
Woordherkomst en -opbouw

Eigennaam

Urk

  1. (toponiem) vissersdorp en gemeente in de provincie Flevoland in Nederland
    Na een overstroming in de 13e eeuw is Urk tot de drooglegging van de Noordoostpolder een eiland in de Zuiderzee geweest. Daardoor wordt ook het voorzetsel "op" nog altijd gebruikt. De gemeente behoorde tot 1950 tot de provincie Noord-Holland en van 1950 tot 1986 tot de provincie Overijssel.
     Het wordt mogelijk om bij alle huisartsenposten op Urk een coronavaccin te halen.[2]
     De politie voert vrijdag voor de vierde dag op rij controles uit op de vier toegangswegen naar Urk.[3]
     In Urk is negentig procent van de bevolking betrokken bij de visserij.[4]
     De dominee van Urk,
    Die zou op Schokland preêken,
    Door 't razen van de zee,
    Had hij zijn tekst vergeten.
    [5]
Afgeleide begrippen
Anagrammen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Urk op website: Etymologiebank.nl
  2.   Weblink bron “Huisartsen op Urk gaan zelf prikken om vaccinatiegraad op te krikken” (30 oktober 2021) op nu.nl  
  3.   Weblink bron “Verkeerscontroles Urk gaan door, gemeente overweegt meer maatregelen” (15 maart 2019) op nu.nl  
  4.   Weblink bron
    Jurryt van de Vooren
    “Voetbal in Urk” (10 februari 2007) op nu.nl  
  5.   Weblink bron
    J. van Vloten & M.A. Brandts-Buys
    “Nederlandsche baker- en kinderrijmen.”, 2e herdruk, naar oorspronkelijke 4e druk (1972; oorspronkelijk 1894), Sijthoff, A.W., Leiden, ISBN 9023300491, p. 30


Nedersaksisch

Eigennaam

Urk

  1. (toponiem) Urk; een voormalig eiland
Afgeleide begrippen

Meer informatie


Urkers

Eigennaam

Urk

  1. (toponiem) Urk; een voormalig eiland
Afgeleide begrippen

Meer informatie