• Sy·rië·gan·ger
enkelvoud meervoud
naamwoord Syriëganger Syriëgangers
verkleinwoord

de Syriëgangerm

  1. iemand die naar Syrië reist om daar mee te doen aan de strijd van de islamitische staat
     De vrouw bekeerde zich in 2015 tot de islam en reisde enkele weken daarna naar IS-gebied. Daar trouwde ze een paar keer, woonde in vijf Syrische steden en kwam uiteindelijk in het Koerdische opvangkamp al-Hol terecht in het noordoosten van Syrië. Ze ondernam een ontsnappingspoging samen met de bekend geworden Syriëganger Laura H., die mislukte.[1]
     Het kabinet wil proberen om vijf Syriëgangers naar Nederland te halen. Ze worden allemaal verdacht van terroristische misdrijven. Demissionair minister Grapperhaus schrijft aan de Tweede Kamer dat hij met internationale partijen gaat praten om te bekijken wat de mogelijkheden zijn.[2]


  1.   Weblink bron “Drie jaar cel voor Nederlandse die in het IS-kalifaat leefde” (Donderdag 19 augustus 2021, 17:13), NOS
  2.   Weblink bron “Grapperhaus wil vijf Syriëgangers repatriëren” (Dinsdag 9 november 2021, 16:54), NOS