convectie
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- con·vec·tie
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘overbrenging van warmte door bv. lucht’ voor het eerst aangetroffen in 1911 [1]
- afgeleid van het Latijnse véhere (bewegen) met het voorvoegsel con- met het achtervoegsel -ie [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | convectie | - |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
- (natuurkunde) overbrenging van warmte door stroming van gas en/of vloeistof
Verwante begrippen
Afgeleide begrippen
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord convectie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "convectie" herkend door:
83 % | van de Nederlanders; |
89 % | van de Vlamingen.[4] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ "convectie" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ convectie op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be