Noordpoolreiziger
- Geluid: Noordpoolreiziger (hulp, bestand)
- IPA: / nortˈpolrɛizəɣər / (5 lettergrepen)
- Noord·pool·rei·zi·ger
- samenstelling van Noordpool en en reiziger zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | Noordpoolreiziger | Noordpoolreizigers |
verkleinwoord | - | - |
de Noordpoolreiziger m
- iemand die een tocht door het zeer koude gebied rond het noordelijkste punt van de aarde maakt of heeft gemaakt
- ▸ De maker van het beste filmpje mag met Noordpoolreiziger Marc Cornelissen naar Spitsbergen.[1]
- Het woord 'Noordpoolreiziger' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑ Weblink bron Michiel van Nieuwstadt“Niet alleen ‘wooow’ maar ook ‘aha’” (7 juni 2007) op nrc.nl