Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • Ko·nink·rijks·team
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord Koninkrijksteam Koninkrijksteams
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het Koninkrijksteamo

  1. (sport) een sportteam (met name een honkbalteam) met spelers uit de vier landen van het Koninkrijk der Nederlanden
     De Nederlandse honkballers hebben hun 23ste Europese titel binnen. In Bonn won het koninkrijksteam in de finale overtuigend van de grote rivaal Italië: 5-1.[1]
     Ondanks de straf - opgelegd omdat in de test niet lichaamseigen testosteron is gevonden - zou Jurrjens gewoon in Nederland voor een club en ook voor het Koninkrijksteam kunnen spelen.[2]
     De toptalenten en spelers die hun geld verdienen in Amerika krijgen geen vrijaf van hun clubs. Alleen bij hoge uitzondering, bijvoorbeeld voor het prestigieuze toernooi World Baseball Classic, mogen ze een nationaal tenue aantrekken. Dat tenue is dan het oranje van het Koninkrijksteam.[3]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Honkballers weer Europees kampioen; nu nog kwalificatie voor de Spelen” (15-09-2019), NOS
  2.   Weblink bron “'Schorsing Jurrjens is in principe alleen voor Amerika'” (16-06-2017), NOS
  3.   Weblink bron
    Lennart Bloemhof
    “Curaçao maakt van World Port Tournament een Caribisch festival” (25/07/2015), HP de Tijd