Jomkipper
- Jom·kip·per
- Herkomst: Jiddisj, geschreven met een hoofdletter volgens spellingregel 16.L [1]
Jomkipper
- (Jiddisch-Hebreeuws) Grote Verzoendag, op 10 tisjri, dag van vasten en boetedoening
- Hebreeuws: Jom Kipoer
- Asjkenazisch Hebreeuws: Joum Kippoer
1.
- Het woord 'Jomkipper' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.