Niet te verwarren met: hottentot
  • Hot·ten·tot
  • [1] klanknabootsend naar uitingen in het Hottentots
  • [2] naast [1], gebruikt vanuit etnocentrisch superioriteitsgevoel, op te vatten als samenstelling van hot en tot met het invoegsel -en-[1]
enkelvoud meervoud
naamwoord Hottentot Hottentotten
verkleinwoord Hottentotje Hottentotjes

de Hottentotm

  1. lid van het volk van de Khoikhoi in het zuiden van Afrika
  • Het Hottentots is een Khoisantaal met veel klik-fonemen. De Nederlanders in de 17e eeuw dachten daardoor ten onrechte dat de Khoikhoi gehinderd werden door een spraakgebrek en noemden hen daarom Hottentotten.[2] De benaming is op zichzelf niet laatdunkend en wordt in veel zakelijke beschrijvingen gebruikt. Doordat zij vaak ook denigrerend is gebruikt, geldt zij tegenwoordig voor de Khoikhoi als (pejoratief).