Andere schrijfwijzen Niet te verwarren met: batakker


  • Ba·tak·ker
enkelvoud meervoud
naamwoord Batakker Batakkers
verkleinwoord

de Batakkerm

  1. (demoniem) iemand die behoort de Batak, oorspronkelijke bewoners van een deel van Noord-Sumatra in Indonesië
    Dit woord wordt door sommigen negatief ervaren door associatie met het koloniale verleden.
     De Batakker Si Toemboek speelde in 1930 in de stad Medan twee keer remise in simultaanséances van Max Euwe.[4]
     De oproep tot gebed verliest zijn exotische glans nu hij wel erg lang duurt. Maar islamitisch lawaai is in Indonesië nooit geluidsoverlast. Net als de christelijke Batakkers die naast ons wonen en de hindoeïstische Balinezen van een paar huizen verder, zitten we het geduldig uit.[5]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  3. Batakker op website: Etymologiebank.nl
  4.   Weblink bron
    Hans Ree
    “Indisch wonder” (4 augustus 2007) op nrc.nl  
  5.   Weblink bron
    Elske Schouten
    “Lawaai ramadan is in Indonesië best te harden” (28 augustus 2010) op nrc.nl