Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • A-om·roep
Woordherkomst en -opbouw

samenstelling van  A  en  omroep 

enkelvoud meervoud
naamwoord A-omroep A-omroepen
verkleinwoord A-omroepje A-omroepjes

Zelfstandig naamwoord

de A-omroepm

  1. (media) de omroeporganisaties met de hoogste status en dus ook het meeste aantal uren zendtijd (er waren A-, B-, en C-omroepen)
    • De KRO / NCRV / VARA en AVRO waren de omroepen die de A-omroepen waren. 

Meer informatie

Gangbaarheid