189-jarig
- 189-ja·rig
stellend | |
---|---|
onverbogen | 189-jarig |
verbogen | 189-jarige |
partitief | 189-jarigs |
189-jarig
- 189 jaren durend
- Gedurende dit 189-jarig tijdperk bleven de nazaten van de oprichter het bedrijf leiden.
- met de leeftijd van 189 jaar
- Het 189-jarig schildpadmannetje eet graag wortels.
- Het woord '189-jarig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.