185-jarig
- 185-ja·rig
stellend | |
---|---|
onverbogen | 185-jarig |
verbogen | 185-jarige |
partitief | 185-jarigs |
185-jarig
- 185 jaren durend
- Gedurende dit 185-jarig tijdperk bleven de nazaten van de oprichter het bedrijf leiden.
- met de leeftijd van 185 jaar
- Het 185-jarig schildpadmannetje eet graag wortels.
- Het woord '185-jarig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.