• 185-·ja·ri·ge

185-jarige

  1. verbogen vorm van de stellende trap van 185-jarig
    • De vulkaan werd weer actief na een 185-jarige periode zonder uitbarstingen. 
enkelvoud meervoud
naamwoord 185-jarige 185-jarigen
verkleinwoord

de 185-jarigev / m

  1. levend wezen dat 185 jaar oud is of iets dat 185 jaar bestaat
    • De 185-jarige is voor een schildpad nog heel actief.