184-jarig
- 184-ja·rig
stellend | |
---|---|
onverbogen | 184-jarig |
verbogen | 184-jarige |
partitief | 184-jarigs |
184-jarig
- 184 jaren durend
- Gedurende dit 184-jarig tijdperk bleven de nazaten van de oprichter het bedrijf leiden.
- met de leeftijd van 184 jaar
- Het 184-jarig schildpadmannetje eet graag wortels.
- Het woord '184-jarig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.