168-jarig
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- 168-ja·rig
Woordherkomst en -opbouw
stellend | |
---|---|
onverbogen | 168-jarig |
verbogen | 168-jarige |
partitief | 168-jarigs |
Bijvoeglijk naamwoord
168-jarig
- 168 jaren durend
- Gedurende dit 168-jarig tijdperk bleven de nazaten van de oprichter het bedrijf leiden.
- met de leeftijd van 168 jaar
- Het 168-jarig schildpadmannetje eet graag wortels.
Schrijfwijzen
Afgeleide begrippen
Gangbaarheid
- Het woord '168-jarig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.