135-jarig
- 135-ja·rig
stellend | |
---|---|
onverbogen | 135-jarig |
verbogen | 135-jarige |
partitief | 135-jarigs |
135-jarig
- 135 jaren durend
- Gedurende dit 135-jarig tijdperk bleven de nazaten van de oprichter het bedrijf leiden.
- met de leeftijd van 135 jaar
- Het 135-jarig schildpadmannetje eet graag wortels.
- Het woord '135-jarig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.