-iaan
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- -i·aan
Achtervoegsel
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | -iaan | -ianen |
verkleinwoord | - | - |
-iaan m
- aanhanger, volgeling van de genoemde persoon
- (demoniem) bewoner van de genoemde plaats, streek e.d
Verwante begrippen
Afgeleide begrippen
Hyponiemen
enige woorden met dit voorvoegsel die nog moeten worden aangebracht