Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zwerf·kind
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zwerfkind zwerfkinderen
verkleinwoord zwerfkindje zwerfkindjes

Zelfstandig naamwoord

het zwerfkindo

  1. een kind dat rondzwerft zonder vaste woonplaats.
    • Het zwerfkind had geen eten. 

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
94 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be