Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zwart·ge·lakt
Woordherkomst en -opbouw
stellend
onverbogen zwartgelakt
verbogen zwartgelakte
partitief zwartgelakts

Bijvoeglijk naamwoord

zwartgelakt [1]

  1. met zwarte verf bestreken
  2. van een tekst dat deze door zwarte inkt onleesbaar is gemaakt
     Rechters kregen destijds alleen een contract te zien waarin belangrijke passages waren zwartgelakt. Uiteindelijk bepaalde de Hoge Raad dat belastingambtenaren de naam van de tipgever mochten verzwijgen.[2]
     Door weinig zorgvuldig handelen vanuit het stadhuis waren alle bedragen die onderdeel uitmaken van de concept-begroting afgelopen dagen eenvoudig te achterhalen voor deze krant. In een openbaar document dat het college maandag heeft gepubliceerd, zijn de bedragen weliswaar zwartgelakt maar met knip- en plakwerk simpel te ontrafelen. Hieruit blijkt onder meer dat het de gemeente dit jaar zes ton moet gaan kosten om het wielerevenement binnen te hengelen.[3]



Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron “'Belastingdienst hield informatie rechters achter'” (10-01-2017), Tubantia
  3.   Weblink bron
    Judah Bolink & Martijn Ubels
    “Deventer blundert met kandidatuur WK tijdrijden: ‘Vervelend’” (6 feb. 2019), Tubantia