zwaarte
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- zwaar·te
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘het zwaar-zijn’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1453 [1]
- Afgeleid van zwaar met het achtervoegsel -te.
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zwaarte | zwaartes zwaarten |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
zwaarte v
- het gewicht
- De zwaarte van een vrachtwagen is erg groot.
- de ernst
- De zwaarte van de misdaad is groot.
Synoniemen
Afgeleide begrippen
Gangbaarheid
- Het woord zwaarte staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "zwaarte" herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
94 % | van de Vlamingen.[2] |