zviditelnit
- IPA: /zvɪɟɪtɛlɲɪt/
- zvi·di·tel·nit
- Afgeleid van het bijvoeglijke naamwoord viditelný met het voorvoegsel z- en met het achtervoegsel -it
zviditelnit perfectief
enkelvoud | meervoud | ||
---|---|---|---|
eerste persoon | zviditelním | zviditelníme | |
tweede persoon | informeel | zviditelníš | zviditelníte |
formeel | zviditelníte | ||
derde persoon | zviditelní | zviditelní |
- Oude schrijfwijze: zviditelniti perfectief