zorgtoerisme

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  zorgtoerisme    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• zorg·toe·ris·me

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  zorg zn  en  toerisme zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	zorgtoerisme
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het zorgtoerisme o

1. reizen naar een andere plaats of ander land om daar een medische behandeling te ondergaan

   ▸ Een mogelijke oplossing die Stalenberg noemt is om de premie, die nu ongeveer een euro per dag is, te verhogen. "Maar universiteiten willen ook de kosten van studeren laag houden om aantrekkelijk te blijven voor internationale studenten. Daarnaast moeten we voorkomen dat er zorgtoerisme ontstaat. Het is dus een lastig probleem waar we al een tijd mee stoeien."

   ▸ Ziekenhuizen willen zorgtoerisme

Afgeleide begrippen

• zorgtoerist

Gangbaarheid

• Het woord zorgtoerisme staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.