• zoo·lo·gi
  • Afkomstig van de Greekse woorden zoon (dier) en logos (leer).
  • Afgeleid van zoo met het achtervoegsel -logi.

zoologi m

  1. (dierkunde), (wetenschap) dierkunde, zoölogie
m enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   zoologi     zoologien     zoologier     zoologiene  
genitief   zoologis     zoologiens     zoologiers     zoologienes  


  • zoo·lo·gi
  • Afkomstig van de Greekse woorden zoon (dier) en logos (leer).
  • Afgeleid van zoo met het achtervoegsel -logi.

zoologi m

  1. (dierkunde), (wetenschap) dierkunde, zoölogie
m enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   zoologi     zoologien     zoologiar     zoologiane  
genitief