Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zon·ne·wei
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zonnewei zonneweien
zonneweides
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de zonneweiv / m

  1. een grasveld waarop mensen kunnen genieten van de zon
  2. een wei met zonnepanelen
    • Verder is er bijvoorbeeld discussie over plannen om weilanden vol te zetten met zonnepanelen. In Woerden ziet de VVD dat wel zitten, terwijl de lokale partij JESS in Schagen juist wijst op het risico dat het „buitengebied wordt volgeplempt met zonneweides”. Voor het CDA in Zaltbommel is het lastig uit te leggen dat de zonneweides moeten komen op landbouwgrond, aldus Trouw. [1] 
Synoniemen

Gangbaarheid

82 % van de Nederlanders;
75 % van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

  1. De Telegraaf 24 feb. 2018 Veel duurzaam in verkiezingsprogramma’s
  2.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be