Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zo·mer·bed·ding
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zomerbedding zomerbeddingen
verkleinwoord zomerbeddinkje zomerbeddinkjes

Zelfstandig naamwoord

de zomerbeddingv / m

  1. is het bed van een rivier, die doorgaans door de rivier wordt gebruikt in de zomer
    • De zomerbedding van de rivier wordt omgeven door de zomerdijken 

Gangbaarheid