Nederlands

 
zigeunerhoender (Opisthocomus hoazin)
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • zi·geu·ner·hoen·ders
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zigeunerhoenders
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de zigeunerhoendersmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord zigeunerhoender
  2. meervoudsvorm als officiële benaming (vogels) een orde Opisthocomiformes   bestaand uit 1 familie, 1 geslacht en 1 soort vogel
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen

Gangbaarheid

Meer informatie