Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zie·daar
Woordherkomst en -opbouw

Tussenwerpsel

ziedaar

  1. drukt verbazing uit over het verschijnen of aanwezig zijn van iets op enige afstand
    • Ziedaar! Hij is toch gekomen. 
Verwante begrippen

Gangbaarheid

75 % van de Nederlanders;
74 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be