Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zelf·ont·wor·pen
Woordherkomst en -opbouw
stellend
onverbogen zelfontworpen
verbogen
partitief zelfontworpens

Bijvoeglijk naamwoord

zelfontworpen

  1. door iemand zelf bedacht en vormgegeven
     Verschoor wil daarmee een zelfontworpen chip produceren die lijkt op die voor betaalpassen bij de kassa.[1]
     Leijtens kwam net terug uit China. Daar verkocht de voormalige ontwikkelaar van Microsoft met zijn bedrijf Nexocial een zelfontworpen tablet.[2]


Gangbaarheid


Verwijzingen

  1.   Weblink bron
    THEO BESTEMAN
    “’Ik wil Google van de authenticiteit worden’” (05 apr. 2018), De Telegraaf
  2.   Weblink bron
    THEO BESTEMAN
    “Spaarkaarten allemaal digitaal in app” (12 apr. 2018), De Telegraaf