• zeit·rau·bend
stellend vergrotend overtreffend
zeitraubend
zeitraubender
am zeitraubendsten
alle verbuigingsvormen

zeitraubend

  1. tijdrovend, tijdverslindend
    «Die ersten Fragen der Prüfung war mühsam und zeitraubend
    De eerste vragen van het examen waren vervelend en tijdrovend.
  1. niet toegelaten in het geval van nadere bepaling van het bijvoeglijke naamwoord "zeitraubend" (voorbeeld: eine äußerst zeitraubende Regelung)
  2. niet toegelaten in het geval van verbuiging van het bijvoeglijke naamwoord "zeitraubend" (voorbeeld: eine der zeitraubendsten Arbeiten im Garten)
  3. alleen toegelaten in het geval van nadere bepaling van het eerste woorddeel "Zeit" (voorbeeld: ein viel Zeit raubender Vorgang)
  • äußerst zeitraubend
  • besonders zeitraubend
  • oft zeitraubend