Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zeef·krom·me
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zeefkromme zeefkrommen
verkleinwoord zeefkrommetje zeefkrommetjes

Zelfstandig naamwoord

de zeefkrommev / m

  1. (bouwkunde) kromme die de zeefrest van een droge stof met verschillende zeven aangeeft uitgevoerd met de zeefproef

Gangbaarheid

Meer informatie