zaktelefoon
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: zaktelefoon (hulp, bestand)
Woordafbreking
- zak·te·le·foon
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van zak en telefoon
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zaktelefoon | zaktelefoons |
verkleinwoord | zaktelefoontje | zaktelefoontjes |
Zelfstandig naamwoord
de zaktelefoon m
- een op zak draagbaar toestel voor draadloze communicatie
- Veel mensen kunnen niet meer buiten hun zaktelefoon.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord zaktelefoon staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.