zakendiner
- Geluid: zakendiner (hulp, bestand)
- za·ken·di·ner
- samenstelling van zaken en diner
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zakendiner | zakendiners |
verkleinwoord | zakendinertje | zakendinertjes |
het zakendiner o
- een bezoek aan een goed restaurant met zakelijke bedoelingen
- Dat zakendiner heeft ons een goed contract opgeleverd.
- Het woord zakendiner staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.