Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zag mis
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
miszien

zag (...) mis

  1. enkelvoud verleden tijd van miszien
    • Ik zag mis. 
    • Jij zag mis. 
    • Hij, zij, het zag mis. 

Gangbaarheid