zaagbuikvissen
Nederlands
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- zaag·buik·vis·sen
Woordherkomst en -opbouw
- samenstellende samenstelling van zaag zn, buik zn en vissen zn
- zaagbuikvis zn met de uitgang -en
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zaagbuikvissen | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de zaagbuikvissen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord zaagbuikvis
- meervoudsvorm als officiële benaming (straalvinnigen) een familie Trachichthyidae van van, over het algemeen, kleine, uitzonderlijk lang-levende diepzeevissen uit de orde van de slijmkopvissen (Beryciformes ). Er is een geregistreerde leeftijd van een Hoplostethus atlanticus van 149 jaar oud, hoewel deze claim omstreden is
Hyperoniemen
Hyponiemen (in taxonomische zin)
- [2] keizerbaars
Gangbaarheid
- Het woord 'zaagbuikvissen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.