Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • xtc-smok·kel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord xtc-smokkel xtc-smokkels
verkleinwoord xtc-smokkeltje xtc-smokkeltjes

Zelfstandig naamwoord

de xtc-smokkelv / m

  1. het smokkelen van xtc
    • De bende die zich bezighield met xtc-smokkel werd opgerold. 

Gangbaarheid