Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • woord·bouw
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord woordbouw
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de woordbouwv / m

  1. het verbuigen en vervoegen van woorden
    • Voor tweedetaalverwervers geldt dat veel regels de woordbouw betreffende zo ingewikkeld zijn dat het aanleren van die regels niet effectief is. 

Gangbaarheid