• woon-werk·ver·keer
enkelvoud meervoud
naamwoord woon-werkverkeer
verkleinwoord

het woon-werkverkeero

  1. (verkeer) het proces van het heen en weer reizen tussen de plaats waar mensen wonen en de plaats waar mensen werken
    • De ochtend- en de avondspits worden door het woon-werkverkeer veroorzaakt